maandag 4 juni 2018

Waar zijn ouders bang voor?


Ouders zijn bang, dat hun kinderen worden uitgepikt, gemarginaliseerd en opzijgezet. Ouders zijn bang dat hun kinderen het tempo en de eisen van de school niet aankunnen en vervolgens gedwongen worden onderwijs van (nog) mindere kwaliteit te gaan volgen.

De screening begint voor het 7de jaar van het kind en is voltooid voor zijn 10de. In het voortgezet onderwijs wordt de selectie alleen nog maar erger.

Ouders zijn bang, dat het gezinsleven door de school wordt onderzocht, om hun in de defensief te brengen en van alles te beschuldigen. Ouders raken in paniek wanneer de school een dossier opent over het kind en het dossier naar vergaderingen gaat. Ouders zijn woedend wanneer ze ontdekken, dat informatie wordt verzameld over wat het kind wel of niet voelt om daarmee van alles te willen verklaren.

Ten slotte zijn ouders bang, dat hun kinderen achtergesteld worden en naar het beroepsonderwijs worden gestuurd. Met vrijwel geen theoretische vakken, is dat is geen sterk onderwijs. Kinderen worden jarenlang op school gehouden en opgeleid tot basisdienstberoepen, die een zeer lage sociale status hebben en slecht betaald worden.

Als ouders zich hier echter tegen verzetten, stuurt de school hen professionals (orthopedagogen en soms psychologen), die hen vertellen dat hun kind niet bereikt wat ze willen, omdat het niet de capaciteiten heeft om te bereiken wat zij willen. Als ouders de geleverde diensten en het gegeven advies in twijfel trekken en niet opvolgen, riskeren ze dat het kind naar speciale diensten (scholen en instellingen) wordt gestuurd, die het nog meer verzwakken en stigmatiseren.

Als ouders zich hiertegen verzetten, kunnen ze ervan worden beschuldigd dat ze teveel van het kind eisen, dat ze geen goed zicht hebben op de realiteit en dus een risico vormen voor de gezonde ontwikkeling van het kind (gedefinieerd door de professionals, omdat alleen zij weten wat dit is). De kans neemt nu exponentieel toe, dat de organisaties die de school ondersteunen, het kind weghalen bij de ouders, zodat het kind gelukkiger kan zijn in een instelling, een pleeggezin of op een kamer met andere adolescenten.

De school is zeer alert op alle tekenen van moeilijkheden van het kind en past het aangegeven protocol snel toe. Wanneer dit in beweging komt, is het niet meer te stoppen.

Vanuit het perspectief van de school, de organisaties ten dienste van de school en professionals, liggen de problemen bij het kind, bij het gezin en bij de gemeenschap. Ze zijn ook de bron van alle problemen.

In dit perspectief hebben de school, de organisaties die de school ter zijde staan, de professionals en de levensomstandigheden waarin gezinnen verkeren, absoluut niets te maken met de problemen van kinderen en gezinnen.



23.924 Views