Wij
hebben geen tijd, weinig geld en maken ons veel zorgen. Wij zijn vaak moe en
voelen ons alleen. Wij maken geen tijd voor onze gedachten en gevoelens, maar
wij betwijfelen ook sterk of wij er wel uit zouden komen.
Al
zijn wij het niet eens met wat ons wordt aangedaan, met waarmee wij
geconfronteerd worden, wij ondernemen niets. Wij weten ook niet wat wij zouden
kunnen doen en hebben sterk het gevoel dat het snel eng en gevaarlijk zou
kunnen worden, zouden wij iets ondernemen.
Wij ondernemen dus niets.
Wij
hebben niets in te brengen op onze school of universiteit, ook absoluut niets in
te brengen op ons werk, in onze buurt, op de school van de kinderen, bij de
gemeente, de overheid, de regering, etc. Alles is voorgekookt, alles is “fake”
en je moet niet opvallen als jij en je kinderen willen overleven met niet al te
veel pijn.
Veel
moeten werken, ons eenzaam en onveilig voelen, wordt uiteindelijk ondragelijk,
ook omdat wij onze kinderen niet kunnen beschermen. Misschien moeten wij toch
met elkaar gaan praten, zonder iemand uit te sluiten, en samen betere
alternatieven creƫren.